Vriendschap is een illusie

Aan de vooravond van mijn verjaardag belt een vriendin me. “Je zit toch hopelijk niet teveel met dat Henk ‘gedoe’?”, vraagt ze. Op dat moment kan ik natuurlijk niet anders dan met mijn brein juist wel even naar dat ‘gedoe’ gaan. Direct bekruipt me een melancholisch gevoel.

Henk (zo noem ik hem hier even) is een wat oudere man die ik al vijftien jaar ken. Ik bewonder zijn wijsheid en heb veel van hem mogen leren. Zoals dat wel eens gaat met vriendschappen, kennen we periodes van meer of minder contact. Maar het contact is altijd gebleven. Henk is er voor mij geweest, ook in moeilijke periodes in mijn leven. Tijdens mijn behandeltraject voor kanker was hij een hulpbron voor mij. Zijn enthousiaste geklets over zijn hobby’s en zijn gevoel voor humor waren voor mij een welkome afleiding.

Toen mijn boek ‘Kanker. Cadeau van het leven’ van de persen rolde, ging ik trots naar Henk toe om hem persoonlijk een gesigneerd exemplaar te overhandigen. Ik deed er een boodschap bij, geschreven vanuit mijn hart. “Ik vind het spannend om jou dit boek te geven, omdat je een kant van mij zult leren kennen die je niet kent”, zei ik erbij. Want dat gevoel had ik heel sterk.

Weken ging voorbij. Of Henk het boek wel of niet had gelezen, wist ik niet. Ik durfde er ook niet naar te vragen. Dat gevoel was al een veeg teken natuurlijk. Ik nam contact op met Henk, maar kreeg geen respons. Radiostilte. Dat was in al die jaren nog niet op deze manier gebeurd. Uitreiken en iemand geeft niet thuis, dat is een pijnlijke zaak die al van alles bij mij triggert.

Opeens kreeg ik een mail van Henk. Hij had het boek gelezen. Zowel het boek, de manier waarop ik het naar buiten breng, als het beeld dat van mij erin wordt geschetst was bij hem in het verkeerde keelgat geschoten. Dit was niet de zelfstandige, onafhankelijke vrouw zoals hij mij kende. Nog meer zaken die blijkbaar al langer opgestapeld lagen, passeerden in crescendo de revue. Einde vriendschap, zo luidde de boodschap.

Ik was met stomheid geslagen. “Vriendschap is een illusie”, zingt Het Goede Doel. Is dat dan werkelijk zo?

Met mijn hoofd kan ik begrijpen dat iemand een ander wereldmodel heeft. Mijn boek en alles eromheen maakt veel los, en bij iedereen is dat wat anders. Dat is prima. Maar met mijn hart voel ik pijn. Want het boek is een bundeling van mijn ervaringen, gedachten en gevoelens na de diagnose kanker. Het gaat over wie ik ben, over mijn identiteit. Dat voelt al spannend om te laten zien. En wie mij langer kent, weet dat ik überhaupt lang heb geworsteld met het thema ‘mezelf zichtbaar maken’.

Nu daarop ‘afgewezen’ te worden, in de volle breedte, doet pijn. Zeker als het door een ‘vaderfiguur’ gebeurt. In relaties projecteren we van alles op elkaar vanuit onvervulde verlangens. Meestal gebeurt dat hartstikke onbewust. En als die illusie dan over en weer wordt doorbroken, en je met beide voeten op de aarde komt: ai, dat is pijnlijk.

Ik belde een vriendin om mijn hart te luchten. Zij herinnerde mij aan een van de lessen van Boeddha. Deze werd ooit vanuit het niets beledigd en kreeg de volle laag van een onbekende jongeman. Maar het deerde de Boeddha helemaal niet.

“Als je een cadeau koopt voor iemand, en die persoon neemt het niet aan, dan blijft het cadeau in bezit van de gever’”, zo sprak de Boeddha.

Nu ben ik gewoon een mens van vlees en bloed. Dus ik heb gehuild om Henk, om de vriendschap die dan nu zo ineens voorbij is. En heb afscheid van hem genomen. Op mijn verjaardag heb ik zijn cadeau bij hem gelaten. De liefdevolle herinneringen aan onze vriendschap neem ik met me mee in mijn hart.

Blijkbaar is het tijd om verder te gaan.

“U heeft inderdaad een borstkankertje.” De chirurg zegt het op een bijna lieflijke toon. (...) Maar het grootste deel van de informatie die ik krijg, gaat langs me heen. Ik ben nog blijven hangen bij het woord ‘borstkankertje’.

Je kunt het boek ‘Kanker. Cadeau van het leven’ hier bestellen of bij je lokale boekhandel.

Nathalie_Van_Dam_Boek_V2-1-300x300